Toen en Toen ..
Zoeken Het verhaal van Friesland

In het jaar 1501:
In 1501 mislukten de onderhandelingen van Friese ballingen in Brabant over de toekomst van Friesland. Sommigen zich verzoenden zich met de regering in Friesland en anderen bleven in ballingschap. Bij onderhandelingen met een groep huursoldaten werden enkele Friese heren ontvoert.

De Friese ballingen in 1501

In 1501 probeerden Friese ballingen tot een overeenkomst te komen in Brabant. Dit mislukte deels door de tegenstand van Saksische leiders in Friesland en Friese edelen die trouw bleven aan de Hertog van Saksen. Sommige ballingen verzoenden zich met de Saksische leiders, maar anderen, die niet konden of wilden verzoenen, bleven in ballingschap in steden als Kampen, Zwolle en vooral Groningen.

De huursoldaten om Friesland binnen te vallen

In die tijd was er een groep huursoldaten zonder heer of dienst in Overijssel, in de buurt van Deventer en bij een klooster genaamd Honep.

Sommige ballingen, zoals Wlke Ringa, Tyaerdt Mockama, Tyerck Waltha, Hertman Galis, Ju Iusma, Feye Wnama en Jaucka Wnama, gingen naar deze soldaten en onderhandelden met de kapiteins over een mogelijke gezamenlijke tocht naar Friesland om de Hertog van Saksen te verdrijven. Ze bespraken de voorwaarden en afspraken met de soldaten.

Echter, terwijl de onderhandelingen plaatsvonden, waren er enkele soldaten die van plan waren de Friese heren te vangen en over te leveren aan de Hertog van Saksen of zijn regenten in Friesland, in ruil voor gunsten.

De ontvoering en bevrijding

Tijdens een ontmoeting bij het klooster werden de Friese heren plotseling aangevallen en gevangen genomen door 20 ruiters uit de groep soldaten en beroofd van al hun geld. Ze werden naar Diepenburg gebracht. Kempo Edozoon Jongama en een andere dienaar van een gevangen heer wisten te ontsnappen en alarmeerden de kapiteins van de huursoldaten over de ontvoering.

Een groep soldaten ging achter de ontvoerders aan en kon hen halverwege inhalen. Toen de ontvoerders merkten dat ze achtervolgd werden, lieten ze de gevangenen gaan en ontsnapten te paard. Wlke Ringia eiste zijn geld terug van de soldaat die hem had beroofd en kreeg zowel zijn eigen geld als dat van de soldaat terug. De andere heren verloren echter hun geld. Dit gebeurde op 10 mei 1501.

Op dezelfde dag vroegen vijf van de soldaten die bij de ontvoering betrokken waren om overplaatsing, maar toen ze terugkeerden naar hun groep, werden er drie gedood en twee gevangen genomen. De volgende dag werden ze door de lansen gejaagd.

De volgende ochtend vertrok de hele groep soldaten met de Friese heren naar Friesland en kwamen aan in en rond het klooster van Assen in Drenthe, dicht bij Groningen.

Friesland

De kroniek van Worp van Thabor

Deze tekst is gebaseerd op het vijfde boek van monnik, kroniekschrijver en tijdgenoot Worp van Thabor. Het boek beslaat de geschiedenis van Friesland van 1499 tot 1523.

Dit is de periode onder het bewind van de Saksische Hertogen en daarna het conflict tussen een groot deel van Friesland, Gelre en de keizer Karel V van Spanje.

Het boek van Worp van Thabor (in modern Nederlands).