Toen en Toen ..
Zoeken Het verhaal van Friesland

In het jaar 1503:
Na de overstromingen langs de hele kust van Friesland wordt er een plan gemaakt om de zeedijken te versterken. Er zijn op veel plaatsen in Friesland branden.

Het besluit om samen de zeedijken te onderhouden.

In het jaar 1503, rond de tijd van Sint Gregorius, werden alle hoge geestelijken, heren en vertegenwoordigers van de landen van Friesland door Graaf Hugo, de stadhouder, opgeroepen om naar Franeker te komen.

Toen ze eensgezind arriveerden uit Oostergo, Westergo en de Zeven Wouden, werd besloten dat heel Friesland gezamenlijk de zeedijken zou onderhouden. Oostergo en Westergo zouden elkaar helpen waar nodig, en de Zeven Wouden zouden daarbij worden ingezet waar ze nodig waren. Hiervoor werden twaalf mannen aangesteld: vier uit Oostergo, vier uit Westergo en vier uit de Zeven Wouden, waaronder telkens een hoge geestelijke, een heer, een stadsman en een huiseigenaar.

De strijd tegen het water

Deze twaalf hadden de autoriteit om sluizen te plaatsen, dijken te bouwen en alles te regelen voor het voordeel van het land. Ze inspecteerden en maten alle dijken in Friesland om te bepalen waar de nood het hoogst was en hoeveel iedereen moest bijdragen aan het dijkwerk.

Ze besloten dat Oostergo verantwoordelijk zou blijven voor al het gebied dat traditioneel bij Oostergo hoorde, inclusief het heropenen van de oude Ee, een waterweg die van het Dokkumerdiep naar Leeuwarden liep, maar al meer dan honderd jaar droog was geweest. Het graven van de Ee begon bij Wyswert en Oude Galilea rond Sint-Jansdag in de zomer van 1503.

De Ee wordt uitgegraven

De Ee was een oude veerbootroute en liep van Dokkum diep naar Leeuwarden, of van Leeuwarden naar Dokkum. Deze route was op veel plaatsen voor meer dan honderd jaar onbegaanbaar geworden, zodanig dat men daar niet meer met schepen doorheen kon varen. Daarom moesten alle schepen die van Dokkum naar Leeuwarden wilden, of andersom, door Rinsmageest via de Morck varen.

De Ee begon te worden uitgegraven bij Wijns en de oude Galen rond de feestdag Sint Jan in de zomer van het jaar 1503.

1503 is een jaar met veel branden

In 1503 veroorzaakte brand veel schade in Friesland. Op 18 mei brandde Hindeloopen bijna volledig af, inclusief de kerk.

Rond Sint Pieter en Paulus begon het veen te branden in Haula, Backefeen, Giethoorn en andere plaatsen, wat enorme schade aanrichtte aan het veen, hout en rogge, aangezien de brand lang aanhield.

Op de laatste dag van augustus, rond 4 uur 's ochtends, brandde het Minderbroedersklooster in Bolsward bijna volledig af, met uitzondering van de kerk.

Branden in dat jaar veroorzaakten ook op veel andere plaatsen aanzienlijke schade.

Friesland

De kroniek van Worp van Thabor

Deze tekst is gebaseerd op het vijfde boek van monnik, kroniekschrijver en tijdgenoot Worp van Thabor. Het boek beslaat de geschiedenis van Friesland van 1499 tot 1523.

Dit is de periode onder het bewind van de Saksische Hertogen en daarna het conflict tussen een groot deel van Friesland, Gelre en de keizer Karel V van Spanje.

Het boek van Worp van Thabor (in modern Nederlands).