Toen en Toen ..
Zoeken Het verhaal van Friesland

In 1522:.
De bewoners van het platteland rond de steden Sneek en Bolsward hadden veel te leiden van het conflict tussen de bourgondiƫrs en de Gelderse Friezen.

De opstand rond de stad Sneek tegen de Geldersen.

Toen het bisschoppelijke leger, zoals eerder vermeld, zich bij Arum bevond, brachten de bewoners van het platteland rond Sneek en Bolsward hun waardevolle bezittingen naar de stad, zodat de vijand ze niet zou kunnen meenemen.

En omdat de kou hard was en lang aanhield, want het vroor veertien dagen na Sint-Pieter ad Cathedram (22 februari) zonder ophouden, was er grote schade in de omliggende gebieden, en ook in Sneek en Bolsward.
Boeren mochten hun eigen goederen niet zomaar weer uit de steden halen, terwijl ze die daar zelf naartoe hadden gebracht.

Ook mochten de bakkers in Sneek geen brood verkopen aan de boeren die buiten de stad woonden.

De boeren mochten geen goederen buiten de stad brengen zonder toestemming van de stadhouder of zijn gemachtigde, want zij hadden de poorten en palen gesloten, en de burgemeesters hadden daar geen invloed op.

Ook hadden de Geldersen verboden dat de Friezen die hun partij steunden, naar steden als Leeuwarden, Franeker of Harlingen reisden.

Evenzo had de Bourgondische stadhouder, heer Georgen Schenck, het verboden in steden zoals Leeuwarden, Franeker en Harlingen dat de Geldersche Friezen daar voedsel, bier of brood konden kopen.

Door al deze maatregelen leden de Geldersche Friezen die op het platteland woonden grote tekorten en armoede, omdat ze met hun geld geen voedsel of brood konden krijgen.

Aanval op Gaasterland

Een ware gebeurtenis in Sneek

Op een gegeven moment gebeurde het dat een boer uit Sneek vertrok en een brood op zijn boot had gelegd. Dat brood had hij met veel moeite in Sneek gekocht.

Toen ontmoette hij een andere boer op een boot, die zag dat brood in de boot liggen. Hij nam twee munten en wierp ze in het schip van de man die het brood had, en zei: 'Neem dat geld en geef me dat halve brood, of ik zal je hier dood steken, of jij mij.' De man gaf het halve brood aan de ander en nam het geld.

Aanval op Gaasterland

De plattelanders tegen de Snekers.

Gelderse soldaten uit Sneek of van elders trokken door de regio en persten de boeren in Bourgondisch gebied af voor geld en goederen. Ook hun eigen boeren kregen te maken met de Gelderse troepen als bekend werd dat ze naar Leeuwarden, Franeker en Harlingen waren geweest voor inkopen en de goederen naar Sneek brachten.

Om deze redenen wilden de boeren de burgers van Sneek straffen, wanneer zij buiten de stad op het omliggende platteland kwamen, om hun handel te drijven.

Daarom ging de handel in Sneek achteruit, en de arme burgers en inwoners leden grote armoede, omdat zij in de omliggende gebieden niet durfden te reizen om hun kost te verdienen.

Als rijke burgers protesteerden tegen het geweld en afpersen werden ze door de Geldersen bedreigt dat ze als boete een paard moesten leveren aan de hertog in Gelderland.

De kroniek van Worp van Thabor

Deze tekst is gebaseerd op het vijfde boek van monnik, kroniekschrijver en tijdgenoot Worp van Thabor. Het boek beslaat de geschiedenis van Friesland van 1499 tot 1523.

Dit is de periode onder het bewind van de Saksische Hertogen en daarna het conflict tussen een groot deel van Friesland, Gelre en de keizer Karel V van Spanje.

Het boek van Worp van Thabor (in modern Nederlands).